Een dwarsfluit is een gecompliceerd instrument met veel techniek. Het principe is dat de toongaten worden afgesloten d.m.v. kleppen met daarin polsters. Als zo’n polster het toongat niet goed afsluit, lekt er lucht langs en spreekt de fluit niet meer goed aan en is de klank minder.
Een polster is een kartonnetje met een viltje erop en daaroverheen een vliesje gespannen (zie afbeelding1).
Een polster is een kartonnetje met een viltje erop en daaroverheen een vliesje gespannen (zie afbeelding1).
Als er vocht langs het vliesje in het viltje dringt zet dit uit waardoor de afdichting niet meer gegarandeerd is. Om de afdichting weer goed te maken, wordt het mechaniek gedemonteerd, de polster uit de klep gehaald en worden er één of meer papiertjes van een bepaalde vorm en dikte onder de polster gelegd-zie afbeelding. Het mechaniek wordt dan gemonteerd en wordt er gecheckt of de afdichting perfect is. Is dit niet het geval dan wordt het proces herhaald tot dit wel het geval is. Dit is een uiterst tijdrovend en daardoor kostbaar proces.
(Die papiertjes worden in het atelier zelf vervaardigd uit verschillende diktes papier variërend van 0,04mm tot 0,21mm dik. Ook de vorm van dat papiertje is uiterst belangrijk – zie afbeelding).